1. Articles
  2. De profeet Mohammed, ons geliefder dan onze eigen zielen
  3. Het kennen van hem (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) betekent intens van hem houden

Het kennen van hem (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) betekent intens van hem houden

1721 2014/05/08 2024/12/27

Degenen die de boodschapper van Allah (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) zagen en kenden, hielden onmiddellijk van hem. Zijn metgezellen verkozen hem boven al het andere in de wereld. De boodschapper van Allah (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) was eens met zijn metgezellen uitgerukt voor een expeditie. De leider van de hypocrieten in Medinah, ‘Abdoellaah ibn Oebayy, die voor de gezegende komst van de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) de koning van Medinah wilde worden, begon een plan te beramen en zei dat wanneer de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) terug zou komen, de eervolle (duidend op zichzelf), degene die laag in rang is (duidend op de profeet) uit Medinah zou verdrijven. Zijn jonge zoon ‘Abdoellaah was een ware gelovige en daarom dus ook een ware liefhebber van de boodschapper van Allah (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem). Ondanks het feit dat hij erom bekend stond veel van zijn vader te houden, konden zijn prioriteiten niet duidelijker zijn. De hypocriet verliet Medinah toen. De profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) keerde in zijn afwezigheid terug en kreeg te horen wat hij had gezegd. Toen ‘Abdoellaah deze laster hoorde, sneed hij zijn vader in de buitenwijken van Medinah de weg af. Terwijl hij zijn zwaard greep, zei hij vastberaden: “Bij Allah, jij bent degene die laag in rang is en de boodschapper van Allah is de eervolle, en jij zult geen voet in Medinah zetten totdat hij jou toestemming verleent!” De hypocriet was met stomheid geslagen. De genadevolle profeet verleende de hypocriet toen toestemming om de stad binnen te gaan.” (Overgeleverd door Ah'med en at-Tirmidzie.) HIER

 


Voordat hij de Islam accepteerde, was Aboe Soefyaan ibn H'arb een aartsvijand van de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem). Zijn dochter, Oemm H'abiebah, was een moslim en een vrouw van de profeet. Aboe Soefyaan ging eens op bezoek bij zijn dochter in Medinah. Toen hij op het punt stond om te gaan zitten op een kleedje dat toebehoorde aan de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem), trok zij het weg en rolde het op. Aboe Soefyaan was geschokt en zei: “O mijn dochter! Ik weet niet of jij vindt dat dat kleedje te goed is voor mij, of dat ik te goed ben voor dat kleedje! Zij antwoordde: “Dit kleedje behoort toe aan de profeet en jij bent een onreine polytheïst!” (Overgeleverd door at-Tabarie.)

 


Toen Bilaal ibn Rabaah', de Abessijnse metgezel van de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem), zich op zijn sterfbed bevond, jammerde zijn vrouw om zijn naderende dood en zei: “O, wat een droefenis!” Hij zei: “Nee, wat een vreugde! Morgen zal ik mijn geliefden zien en ontmoeten: Moh'ammed en zijn metgezellen.”

 


Toen Zayd ibn Dathnah, een metgezel van de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem), Medinah uit werd gesleept om door de Qoeraysh te worden onthoofd, zei Aboe Soefyaan - hun leider - tegen hem: “Ik vraag jou bij Allah, zou je op dit moment niet willen dat je bij jouw familie zou zijn en dat het Moh'ammed zou zijn (door wiens leerstellingen jij je nu in deze situatie bevindt) die door ons gevangen was genomen en onthoofd zou worden?” Zayd zei: “Bij Allah, ik zou liever willen dat ik (hier geslacht zou worden en) niet bij mijn familie zou zijn, dan dat een doorn Mo'hammed in zijn huis kwaad zou doen.” Aboe Soefyaan riep toen uit: “Ik heb nooit mensen zoveel van iemand zien houden zoals zijn metgezellen van Moh'ammed houden!”

 


De liefde voor hem beperkte zich niet tot de vromen en de godvruchtigen, ook de zondige gelovigen hielden van hem (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem). Een man gaf zich veel over aan wijn drinken en werd daar ook vaak voor gestraft. Toen hij op een dag naar de profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) werd gebracht, gaf hij opdracht om hem te straffen en hij werd gestraft. Een van de aanwezigen zei: “Moge Allah deze man vervloeken. Hoe vaak wordt hij wel niet gebracht!” De profeet (Allah's vrede en zegeningen zijn met hem) zei: “Vervloek hem niet. Bij Allah, ik weet dat hij houdt van Allah en Zijn boodschapper.” (Overgeleverd door al--Boekhaarie.)

 

 

Previous article Next article
Steun de Profeet Mohammed websiteIt's a beautiful day